Ik neig naar gespannenheid. Ik weet niet of dat altijd zo is geweest – kan me niet herinneren dat ik er last van had tijdens de studie – in ieder geval wel tijdens mijn werkende leven, nu zo’n 22 jaar. Vooral bij beoordelingen, met name bij lesbezoeken. Strakke spieren, fronsje, hoge ademhaling. Duizelingen. Een ‘ingesnoerd’ gevoel. Mindfulness helpt, ontspanningsoefeningen ook. Ik dacht dat ik alle technieken wel een beetje kende, tot ik gisteren een nieuwe ontdekte.
De inspectie van onderwijs kwam op school. Daar zag ik al twee weken tegenop. Strenge mannen met stropdassen die plots je les komen binnenvallen om jou eens eventjes de maat te nemen. Kijken of je les wel klopt (goede opbouw? Juiste niveau? Snappen de leerlingen het nut? Duidelijk begin en eind?). Al ruim voor mijn eerste les was ik op school. Tot de tand toe bewapend met opbouw, niveau, nut en een duidelijk begin en eind. In de docentenkamer zaten verspreid een stuk of acht collega’s, allen gebogen over een stapel boeken of druk tikkend op hun chromebook. Iemand had de airco hoog gezet, het leek er wel een vrieskist. Wat mij bezielde, weet ik niet maar ineens zei ik: Goh, ik vind dit toch wel spannend. Meerdere collega’s slaakten een zucht van verlichting. ‘Nou, ik ook,’ zei er een. ‘Geen oog dichtgedaan,’ zei een ander. ‘Tot twaalf uur gisteravond zitten voorbereiden,’ zei er nog een. En: ‘Hopelijk slaan ze mij over.’ Er werden grapjes gemaakt. Over flauwvallen voor de klas. Of hem gewoon peren tijdens de les, de hele janboel laten voor wat het is. ‘Zullen ze raar van staan te kijken.’
Iedereen ontspande. De airco kon uit. De inspecteurs lieten hun stopdassen thuis. Eén sprak melodisch Brabants. Aan de schooldag kwam vanzelf een eind.